Drie prioriteiten: kinderen, Brusselaars, overheid

Het plan steunt op drie centrale pijlers.

  1. Goede Nederlandse taalkennis bij kinderen en jongeren. Kinderen die vroeg in contact komen met het Nederlands hebben meer kans om de taal blijvend te gebruiken. Via het onderwijs, maar ook via bibliotheken, jeugdwerkingen en sportclubs wordt het Nederlands verankerd in het dagelijks leven.
  2. Het Nederlands als sleutel tot een betere toekomst voor Brusselaars. Voor volwassenen opent het Nederlands de deur naar werk, opleiding en integratie. Nederlands leren is essentieel, maar minstens even belangrijk is de kans om de taal te gebruiken in het echte leven. Het ToTaalplan investeert daarom ook in oefenkansen op het werk, in de vrije tijd en in de buurt.  
  3. Een overheid die het Nederlands kent en gebruikt. In Brussel zijn taalrechten vaak nog een dode letter. Burgers die hulp zoeken bij de politie, op spoeddiensten of bij administraties, kunnen niet altijd terecht in hun eigen taal. Het ToTaalplan zet daarom in op gerichte samenwerking, duidelijke verwachtingen en vooral op tastbare vooruitgang: we willen dat Nederlandstalige Brusselaars zich gehoord en geholpen voelen in hun eigen taal.

Taalketen

“Het Nederlands biedt Brusselaars de kans op sociale en economische vooruitgang, niet in het minst dankzij hogere jobkansen voor wie de taal beheerst. Het stelt ouders in staat om de toekomstkansen van hun kinderen te vergroten en biedt een vlottere toegang tot onze kwaliteitsvolle Vlaamse scholen en het Nederlandstalige netwerk van verenigingen en organisaties die van Brussel een betere plek maken. We zetten met dit plan in op een echte ‘taalketen’. Vanaf de geboorte tot op latere leeftijd moet je gebruik kunnen maken van een kwalitatief aanbod in het Nederlands”, zegt Van Achter.

Breed gedragen

Het plan kwam op initiatief van minister Van Achter tot stand, na breed overleg binnen de Vlaamse overheid en bij actoren uit het bredere werkveld, en wordt gedragen door de voltallige Vlaamse Regering. “Het is een primeur dat de Vlaamse Regering samen met de administraties en het werkveld binnen één plan gezamenlijk en ten volle gaat inzetten op de bevordering en versterking van het Nederlands in Brussel. Elk beleidsdomein gaat zo extra inspanningen doen zodat we samen het gebruik van het Nederlands bevorderen. Het moet vanzelfsprekend worden dat je in Brussel ook gewoon Nederlands kan oefenen en gebruiken”, besluit Van Achter.