“Zo wordt amper aandacht besteedt aan veiligheid en netheid” verduidelijkt fractievoorzitter Johan Van den Driessche, “toch thema’s die bovenaan en met dikke stip op de klachtenlijst staan van de bevolking en bezoekers. Waar blijft het prostitutieplan, het buurtinformatienetwerkplan, het alarmplatform bij noodsituaties en rampen, het ambitieus plan om het gebrek aan netheid drastisch aan te pakken?”

“Bovendien krijgt goed bestuur, hèt thema van deze zomer, enkel herkauwde aandacht. Nochtans presteren de Brusselse openbare diensten volgens de EU onder het Europees gemiddelde, telt Brussel liefst 200 kabinetsmedewerkers meer dan Vlaanderen en ligt het aantal medewerkers voor ex-ministers er ongeveer 5 keer hoger ligt dan in Vlaanderen”, aldus nog Van den Driessche, “Dit is onbegrijpelijk en toont tevens aan dat deze regering de band met de realiteit heeft verloren.”

“Met deze beleidsverklaring wordt extreem duidelijk dat deze regering geen hartslag meer heeft”, vult Cieltje Van Achter aan, ”De regering zegt het aantal verkeersdoden te willen halveren tegen 2020, terwijl uit de recentste cijfers blijkt dat het aantal verkeersslachtoffers stijgt.” Zonder deftig verkeersveiligheidsactieplan gaat de Brusselse regering deze trend niet kunnen keren. “Ook op vlak van mobiliteit moeten wij geen moedige beslissingen meer verwachten. Zo blijft de regering stil over de hervorming van de taxisector. En is de regering nog van plan iets te doen aan het gebrek aan zwembaden in Brussel?” vraagt Van Achter zich af.

Met de zesde staatshervorming kreeg Brussel er bovendien belangrijke “sociale” bevoegdheden bij, zoals de kinderbijslag en de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden, die gekoppeld zou worden aan een eigen Brusselse zorgverzekering.  Maar wat blijkt? Na drie jaar is de Brusselse regering er als enige regering in dit land nog niet in geslaagd om het onderling eens te geraken over het Brussels model voor kinderbijslag. De Brusselse regering is ook de enige waar nog geen enkele beslissing werd genomen over de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden en de Brusselse zorgverzekering. De stilte in de beleidsverklaring hierover is oorverdovend. “Brussel is steeds vragende partij om de band met de gemeenschappen te verbreken en de bevoegdheden zelf uit te oefenen, maar deze drang om het zelf te doen is duidelijk ten koste van de Brusselaar”, besluit Liesbet Dhaene.